Een sportmassage wordt toegepast om vermoeidheidsverschijnselen na een lichamelijke inspanning te verhelpen, maar ook om de spieren voor een sportprestatie te activeren.

Een sportmassage is gericht op het onderhouden van de conditie van uw spieren. Door de verhoogde doorbloeding tijdens de massage is het mogelijk afvalstoffen sneller uit het spierweefsel af te voeren. Tevens worden voedingsstoffen eerder opgenomen, wat een sneller herstel mogelijk maakt.

Geschiedenis
Het woord massage is ingevoerd door meneer Lepage (1913) en is waarschijnlijk afgeleid van het Arabische mass wat drukken betekent, aangevuld met de franse uitgang age. Maar ook mogelijk is dat het van het Griekse massein komt wat kneden betekent of het Hebreeuwse machesch wat staat voor betasten.
De Zweed Per Henrik Ling (1776-1839) die een systeem van gymnastische oefeningen heeft ontwikkeld om het herstel van blessures van atleten te bevorderen, wordt genoemd als de vader van de Zweedse of Klassieke Massage.
In Nederland brengt dr. Johan Georg Me(t)zger (1838-1909), die als de grondlegger van de fysiotherapie wordt gezien, het masseren in beeld. Reeds als student heeft hij een grote voorliefde voor de beoefening der gymnastiek en in 1859 begint hij, in navolging van franse geneeskundigen, zich toe te leggen op de toepassing der gymnastiek bij de behandeling van uitwendige gebreken en voornamelijk gewrichtsverstuikingen, terwijl de massage als mechanische geneesmethode op de voorgrond treed.
Waar komt de techniek van sportmassage vandaan?

Massage technieken bij de sportmassage
Welke massage technieken kunnen worden gehanteerd?
Intermitterend drukken:
Het met afnemende en toenemende druk het lichaam voorbereiden op de massage. Het werkt ontspannen.
Effleurage:
Dit zijn lange en korte strijkingen of wrijvingen. Dit geeft een ontspanning van de huid en spieren. Dit kan met de hand, de duim, duimmuis, vingertoppen of de knokkels gedaan worden.
Petrissage:
Is het oppakken en het kneden van de spieren.
Frictioneren:
Is het onder druk uitoefenen van kleine cirkel bewegingen. Hierbij gebruik je de vingertoppen, duim, duimmuis of knokkels. Hierbij maken we het weefsel los en bevordert het de doorbloeding.
Tapotementen:
Is het levendig kloppen of je maakt kloppende bewegingen of ritmische slagen. Dit heeft een ontspannend effect en verhoogd zo de doorbloeding.
Vibratie:
Dit is het losschudden of vibreren van specifieke spieren. Het lijkt op de tapotementen maar dit heeft meer een trillende beweging.
De huidige sportmassage is ontstaan uit de denkbeelden over de medische (therapeutische)massage aan het eind van de 19e en het begin van de 20e eeuw. Met de opkomst van de sport wordt de behoefte aan een goede verzorging van het lichaam groter. In Nederland wordt de opleiding van sportmasseurs tot 1954 verzorgd door het Nederlands Genootschap voor Heilgymnastiek en Massage. In hetzelfde jaar is het NGS opgericht.